Nieuwe behandeling hartritmestoornis: hart ‘resetten’ met ledlampje

Goed nieuws voor mensen met de hartritmestoornis boezemfibrilleren. Het Leids Universitair Medisch Centrum heeft een nieuwe behandelmethode gevonden waarbij een hart dat te snel, of onregelmatig klopt, tot bedaren wordt gebracht met behulp van een ledlampje. Honderdduizenden Nederlanders kunnen baat hebben bij deze nieuwe methode om boezemfibrilleren te voorkomen. Nu nog moeten patiënten met deze vorm van hartritmestoornissen een ingrijpende behandeling onder narcose ondergaan, waarbij hun hart met behulp van een elektrische schok terug in het ritme wordt gebracht.

Ledlampje

Het LUMC werkt nu samen met de TU Delft aan een methode waarbij het hart met behulp van ledlicht zelf een stroomstootje kan produceren op het moment dat het hart te snel klopt of ‘op hol slaat’. 

Het systeem kan een hartritmestoornis zelf herkennen en stuurt vervolgens een signaal naar een ledlampje dat is  aangebracht in de buurt van het hart van de patiënt. “De lichtflits van dit lampje zorgt vervolgens dat het hart zélf een elektrisch stroompje opwekt om de ritmestoornis te stoppen. Dit is mogelijk gemaakt door bepaalde lichtgevoelige eiwitten met gentherapie in het hart aan te brengen. Het hart komt hierdoor direct en automatisch weer in het goede ritme”, zegt Daniël Pijnappels van het LUMC.  

Kortademig, duizelig en vermoeid

Onder 55-plussers heeft één op de vijf mensen last van hartritmestoornissen. Dat zijn op dit moment 200.000 Nederlanders, en omdat we steeds ouder worden, worden dat er in de toekomst veel meer. 

Als je last hebt van boezemfibrilleren, slaat je hart onregelmatig en te snel. Dat kan een paar minuten duren, maar in sommige gevallen ook een paar weken. Symptomen zijn kortademigheid, duizeligheid en vermoeidheid.

Pas over 10 jaar

Patiënten krijgen nu nog vaak bloedverdunners en medicatie om de snelle hartslag te vertragen. 

Voor die patiënten is nu dus een nieuwe behandelmethode gevonden, die de komende jaren verder ontwikkeld zal worden. Het kan nog 10 jaar duren voordat de behandeling op mensen toe te passen is.